Geachte raadsleden en andere aanwezigen,
Het is in deze raad traditie dat tijdens de discussies communicatie
een belangrijk onderwerp is. Bijna altijd is het omdat er aan die communicatie
iets mankeert. Ook gebruikelijk is dan dat de “burger” in welke vorm dan ook
het slachtoffer is. U erkent dat want u vindt allemaal dat er iets aan moet
gebeuren. De “burger” moet “aan de voorkant” worden betrokken. Toen aan u werd
gevraagd een uitspraak te doen over het opgaan van vijf gemeenten in één
gemeente Land van Cuijk heeft u zelfs geen uitspraak gedaan omdat de “burger” alsnog
gelegenheid moet krijgen mee te praten. Over de wijze waarop u dat denkt te
doen valt te discussiëren maar u geeft in ieder geval te kennen de inbreng van
de “burger” serieus te nemen. U heeft zelfs in de zomer van 2016 een werkgroep
ingesteld die ervoor zou moeten zorgen dat de communicatie tussen
gemeentebestuur en “burgers” zou verbeteren zodat er niets steeds bij
raadsbesluiten gedonder zou ontstaan. Tot nu toe is er nog niets concreets uit
voortgekomen behalve dat de indruk wordt gewekt dat het een kwestie is van
“anders vergaderen”. Nou dat is het niet want als er een communicatieprobleem
is tussen twee partijen moet dat door beide partijen worden opgelost.
Suggesties vanuit de dorps- en wijkraden om hier iets aan te doen zijn
raadsbreed genegeerd. Om wanhopig van te worden
Nu deden zich in de gecombineerde commissievergadering van
24 oktober 2 momenten voor waarbij ik dacht een bres te vinden in de vestingwal
die de raad om zich heen heeft gebouwd.
Het was bij de bespreking in de commissies van het voorstel
over de drie-eenheid in Velp.
Inhoudelijk leek het een prachtig voorstel, zeker
na de presentatie die in de commissie werd gegeven. Maar het voorstel riep nog
veel vragen op, vooral over de consequenties, financieel en voor de omgeving.
Die vragen konden niet afdoende worden beantwoord. Dit keer waren
gemeentebestuurders dus zelf slachtoffer van falende communicatie. Om zinvol te
kunnen meepraten of zelfs uitspraken te doen moet er tijdig en volledige
informatie beschikbaar zijn. En die ontbrak. Als “burger” op de publieke
tribune voelde ik, weliswaar met enig leedvermaak, met de commissieleden mee.
Want dat is wat in veel gevallen aan de orde is: gebrek aan tijdige en
voldoende informatie. Daar moet dus iets aan gebeuren; aan twee kanten want
zowel “burgers” als gemeentebestuur zullen hierin actief moeten zijn.
De tweede gebeurtenis was meer een incidentje. Een
commissielid vroeg hoe het mogelijk was dat de inhoud van het voorstel al in de
krant stond voordat het bij de raad bekend was. Er werd een beetje overheen
gelopen, maar het raakt wel een wezenlijk verschil van inzicht. Kennelijk heeft
niet iedereen de “voorkant” op dezelfde plek.
Waar geen discussie over mogelijk is, is dat de gemeenteraad
beslist. Daarbij moet wel worden bedacht dat een besluit het einde van het
proces moet zijn en dat er voor de uitvoering draagvlak moet zijn. Bezwaren- en
protestprocedures zijn niet meer dan georganiseerde en ongeorganiseerde
nooduitgangen. Maar dat de raad het laatste woord moet hebben wil niet zeggen
dat u gedurende het hele traject over meer informatie moet beschikken dan
degenen die mogen en willen laten meedenken en -praten
5 minuten is niet veel. Ik moet me dus beperken.
Betrokkenheid, zo u wil participatie is noodzakelijk wil democratisch besturen
mogelijk blijven. En betrokkenheid begint bij informatie.
Mooie woorden, maar hoe wordt het concreet. Natuurlijk heb
ik daarover ideeën. Maar dat hebben anderen ook.
Een mogelijkheid is dat u uw werkgroep uitbreidt met enkele
“burgers” en vraagt om snel met een uitvoerbaar advies te komen. Ideaal zou
zijn als alle partijen dat vervolgens in hun verkiezingsprogramma zouden
opnemen.
Een tweede mogelijkheid is dat de politieke partijen samen
met hun achterban hun ideeën hierover in het verkiezingsprogramma verwerken in
de hoop dat zij na de verkiezingen sterk genoeg zijn om de ideeën te
realiseren. Deze aanpak kan ook leiden tot stof om na de verkiezingen door te
bakkeleien.
Tot slot kunt u natuurlijk zeggen dat u niet over uw graf
heen wilt regeren en het geheel doorschuiven naar de volgende periode. De
logische conclusie daarvan zou zijn dat u niet van plan bent terug te keren. De
term “niet over je graf” is nogal duidelijk.
De tekst tot hier had ik een week geleden al klaar. Toen
ontving ik de mededeling dat de werkgroep het er bij laat zitten. De nieuwe
raad mag het nu oppakken. Dus heb ik het slot aangepast.
Als de raad verstek laat gaan zal de andere partij “de
burgerij” het maar zelf moeten doen. Ik heb daar inmiddels al enkelen over gepolst
en binnenkort komt het initiatief. Natuurlijk zijn raadsleden ook nog burger,
dus welkom om mee te praten.
Mijn vijf minuten zijn om. Dank u voor uw aandacht.
Leo de Vreede
Geen opmerkingen:
Een reactie posten